Wie zijn dat toch; die mannen en vrouwen die onvermoeid als jeugdcoach bij alle waterpolowedstrijden aan de kant staan en vaak ook nog met veel inzet één of meer trainingen verzorgen? Wij gingen voor jullie niet alleen uitzoeken wat de drive van al deze vrijwilligers is; ook vroegen we ze het spreekwoordelijke hemd van het lijf over werk, privé en hun eigen sportieve achtergrond.
Tijdens het leszwemmen van WVZ op zondagochtend in De Watergeus spreek ik Wijnand IJzendoorn (43 jaar). Hij geeft sinds het begin van het nieuwe waterpoloseizoen op woensdag en op zondag training aan onze jongste spelertjes van gemengd onder 10 jaar (GO10). Zijn zoon Jesse (7) wilde na het behalen van zijn A, B en C-diploma gaan waterpoloën. Wijnand: “Dan kan ik op de tribune gaan zitten en gaan kijken, maar ik denk ja, ik ben hier toch, laat ik dan ook wat gaan doen.”
Vanaf zijn zevende speelde hij waterpolo bij WVZ. Dat was al voordat de SG werd opgericht. Wijnand vertelt daarover: “Ik heb alle jeugdteams doorgelopen, ook alle Kringselecties (selectieteams van de vroegere regio’s van de KNZB) en dergelijke. Uiteindelijk ben ik in heren 1 beland en heb ik daar een aantal jaren gespeeld. Tijdens mijn waterpolocarrière kwam ik in aanraking met de functie van scheidsrechter en dat vond ik zo leuk dat ik daarmee door ben gegaan.”
Hoe hoger hij ging fluiten, hoe lastiger het werd om te combineren. Er moest op een gegeven moment een keuze worden maken. Wijnand verklaart: “Dat wordt vanuit de zwembond ook gevraagd. Waar gaat je voorkeur naar uit; spelen of fluiten? Ik heb gekozen voor fluiten. Op een gegeven moment zat ik in een talentenpoule van de KNZB. Toen was er een competitie op zondag in opkomst met wedstrijden tussen de verschillende WOC’s (Waterpolo Opleidings Centrum). Op zaterdag floot ik dan competitie en op zondag floot ik WOC-wedstrijden. Dan moet je dus twee keer in een weekend fluiten. Dat is niet meer te combineren met spelen.”
Wijnand heeft zelfs twee jaar eredivisie gefloten, maar is daarna gestopt. Dat had onder andere te maken met de geboorte van zijn zoon Jesse. Ook speelt hij sinds die tijd geen waterpolo meer. Wijnand: “Ik heb er momenteel ook nog niet echt behoefte aan. Ik heb jarenlang gespeeld en gefloten. Ik mis het fluiten niet, maar als ik in het zwembad naar een waterpolowedstrijd kijk, dan kijk ik daar op een andere manier naar. Ik kijk dan hoe een scheidsrechter staat te fluiten en niet zo zeer naar de spelers”.
Nu hij als trainer en coach aan de badrand staat is hij al verschillende keren gevraagd om weer te gaan fluiten: “Maar als ik nu weer zou beginnen met fluiten, dan ben ik er te lang uit geweest om weer op hetzelfde niveau terug te komen. Dat is logisch, maar dan begin ik weer onderin. Dat is niet meer de ambitie die ik heb.
Wijnand vindt vooral het plezier in het waterpolospel belangrijk voor de jonge spelers die hij traint en coacht. Wijnand: “De techniek probeer ik natuurlijk ook bij te brengen, maar ik vind het voornamelijk belangrijk dat ze plezier hebben in het spelletje. Als ik kijk naar het laatste minipolo-toernooi hoe ze daar als een team samenwerken en er als een team plezier in hebben, dan is het voor mij al geslaagd. Dat probeer ik bij elke training opnieuw, het plezier. Natuurlijk; het inzwemmen e.d. hoort erbij, het inzwaaien, het warm worden, het losmaken van je spieren vind ik belangrijk dat dat vooraf gebeurt, maar voornamelijk het plezier.”
Hoewel Wijnand zelf geen waterpolo meer speelt, komt hij zeker geen beweging tekort: “Ik speel een keer per week padel met een vast clubje. Dat gaat er fanatiek aan toe. We komen goed bezweet de baan af. Daarnaast doe ik op donderdagavond een training met een personal trainer. Eén op één begeleiding in een sportschool. Ik vind het dan heerlijk om mijn grenzen op te zoeken.” Ook Wijnands vrouw Astrid is sportief. Zij doet aan hardlopen. Zoon Jesse doet naast waterpolo nog aan voetbal, judo en is bezig voor zijn zwemvaardigheid 1. Dochter Lynn (5) zit op zwemles en is bezig voor haar A-diploma. Daarnaast heeft ze 1x per week tennisles. Wijnand: “We vinden het belangrijk dat onze kinderen ook een sport beoefenen.”
In het dagelijks leven heeft Wijnand een drukke baan als Support Manager bij Metrohm. Wijnand legt uit: “Metrohm is een bedrijf wat laboratoriumapparatuur maakt en ontwikkelt. Het is een Zwitsers bedrijf. Wij zijn de Nederlandse vestiging. Ik geef leiding aan een team van zes personen. Wij installeren nieuwe apparatuur bij klanten in hun laboratoria. We geven trainingen, lossen problemen op voor de klanten e.d. Dat zijn bijvoorbeeld bedrijven uit de petrochemie, farmacie, ziekenhuizen. Noem een lab en wij staan er. Omdat we op onze afdeling handjes tekort hebben, sta ik nog heel veel in het veld.”
Met een drukke baan, een jong gezin, trainen, coachen en daarnaast ook zelf sporten, blijft niet heel veel vrije tijd meer over. Maar ook de spaarzame vrije momenten staan in het teken van sport: “Ik vind Formule 1 kijken fantastisch. Ik ben zelf fan van Verstappen, maar Jesse is fan van Piastri. Ik heb geen idee hoe hij daaraan komt. Ook vind ik het leuk om voetbalinterlands te bezoeken, zoals afgelopen zomer de EK-wedstrijd Nederland-Roemenië in München. Dat vond ik onwijs gaaf.”
Lijkt het je, net als Wijnand ook wel iets om als vrijwilliger bij SG WZC mee te helpen? Heel fijn! We vertellen je graag alles over de vele mogelijkheden. Stuur even een berichtje met je contactgegevens naar Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.. We nemen dan snel contact met je op.